Begraafplaatsen
Het uitgangspunt is een kostendekkende exploitatie van de gemeentelijke begraafplaatsen. De gemeentelijke begraafplaatsen worden op kwaliteitsniveau B onderhouden. Entrees en andere gezichtsbepalende plekken op een begraafplaats worden onderhouden op kwaliteitsniveau A.
Gebouwen
Uitgangspunt voor het onderhoud aan het gemeentelijk vastgoed (gebouwen) is het geactualiseerde meerjarenonderhoudsplan, gebaseerd op de NEN 2767. Met ingang van 2021 is het meerjarenonderhoudsplan ten behoeve van het gemeentelijk vastgoed voor de periode 2023-2030 volledig geactualiseerd en omgezet naar een duurzaam meerjarenonderhoudsplan (DMOP). Door middel van het inzetten van het DMOP wordt inzichtelijk gemaakt welke duurzame keuzes gemaakt kunnen worden bij regulier vervangingsonderhoud op natuurlijke vervangingsmomenten. Voorbeelden van duurzame keuzes bij regulier vervangingsonderhoud zijn duurzaam materiaalgebruik, duurzame vervanging van componenten of onderdelen van installaties, en het aanbrengen van isolatie bij de vervanging van dakbedekking. Extra investeringen die nodig zijn om gebouwen energieneutraal te maken of om het energielabel te verbeteren zijn niet in het DMOP opgenomen. Dergelijke maatregelen vragen om aparte besluitvorming van de gemeenteraad.
Het beleidsniveau voor de uitvoering van het geactualiseerde plan is conditiescore 3 (vergelijkbaar met ongeveer het cijfer 6,5 op een schaal van 10). Het geactualiseerde meerjarenonderhoudsplan is in het eerste kwartaal van 2023 ter vaststelling aangeboden aan de gemeenteraad. Op advies van de accountant wordt de gemeenteraad tevens gevraagd een onderhoudsvoorziening te vormen voor het groot onderhoud. Door middel van het vaststellen van het plan en het beschikbaar stellen van de benodigde middelen is sprake van een sluitende begroting en wordt het gemeentelijk vastgoed in een technische verantwoorde onderhoudsstaat gehouden.
De actuele gemiddelde jaarlijks benodigde middelen voor uitvoering van het totale onderhoud bedragen plusminus € 1,8 mln. De begrotingslast ten behoeve van onderhoud aan het gemeentelijk vastgoed bedraagt in 2022 plusminus € 1,26 mln. Zowel de benodigde middelen als de begrotingslast worden jaarlijks geïndexeerd. Bij de Kadernota 2023 is met ingang van 2023 de jaarlijkse begrotingslast structureel verhoogd met plm. 330K om in meerjarenperspectief een sluitende onderhoudsbegroting te borgen. Een sluitende onderhoudsbegroting is tevens een voorwaarde voor het vormen van een onderhoudsvoorziening voor groot onderhoud.
In 2022 is een bedrag van ca. € 2,57 miljoen begroot voor klein en groot onderhoud. In totaal is er ca. € 1,42 miljoen aan onderhoud uitgegeven. Deze lagere uitgaven zijn het gevolg van ondercapaciteit in het cluster vastgoedbeheer van de gemeente. De niet uitgevoerde onderhoudswerkzaamheden zijn verwerkt in het geactualiseerde meerjarenonderhoudsplan. Vanaf februari 2023 is 1 fte aan het cluster vastgoedbeheer toegevoegd, zodat kwaliteit en planning bij de uitvoering van onderhoud beter geborgd kunnen worden.