Paragraaf 2 Verbonden partijen

1. Wat is het doel van deze paragraaf?

Terug naar navigatie - 1. Wat is het doel van deze paragraaf?

Een gemeente kan in principe zelf bepalen hoe een bepaalde taak wordt uitgevoerd. De gemeente kan er bijvoorbeeld voor kiezen de uitvoering zelf ter hand te nemen of de uitvoering te regelen (via een gemeenschappelijke regeling) met een aantal regiogemeenten gezamenlijk. Kernvragen blijven steeds of de doelstellingen van het uitvoerende orgaan corresponderen met die van de gemeente en of de doelstellingen van de gemeente gerealiseerd worden.

Vanwege de bestuurlijke, beleidsmatige en/of financiële belangen en mogelijke risico’s is het gewenst dat in de begroting aandacht wordt besteed aan rechtspersonen waarmee de gemeente een band heeft. Deze paragraaf geeft dan ook per verbonden partij informatie over de verbonden partijen en de bestuurlijke doelstelling die via de verbonden partij wordt gerealiseerd.

2. Wettelijk kader en gemeentelijk beleid

Terug naar navigatie - 2. Wettelijk kader en gemeentelijk beleid

Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk én een financieel belang heeft. Bestuurlijk belang is zeggenschap, hetzij op basis van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. Er is sprake van een verbonden partij als de wethouder, het raadslid of de ambtenaar van de gemeente namens de gemeente in het bestuur van de partij plaatsneemt, of namens de gemeente stemt. Bij alleen een benoemingsrecht of een voordrachtsrecht is er strikt genomen geen sprake van een verbonden partij. Gemeenten maken vaak van een dergelijk recht gebruik om ervoor te zorgen dat er goede bestuurders in het bestuur van de verbonden partij terechtkomen. Ook een stichting waarin bijvoorbeeld de wethouder cultuur op persoonlijke titel als bestuurder plaatsneemt – en dus niet de gemeente vertegenwoordigt – is volgens deze definitie geen verbonden partij.

Een financieel belang is een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat, onderscheidenlijk het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Dit betekent dat wanneer een verbonden partij failliet gaat de deelnemers in deze verbonden partij voor extra kosten komen te staan. Uit bovenstaande blijkt tevens dat bij leningen en garantstellingen geen sprake is van een verbonden partij: de gemeente houdt juridisch verhaal als de partij failliet gaat. Ook bij exploitatiesubsidies is er geen sprake van een verbonden partij: het gaat om overdrachten (subsidies).

Met deze paragraaf voldoen wij aan onze wettelijke plicht (Besluit Begroting en Verantwoording) om per verbonden partij inzicht te geven in de volgende onderwerpen:

• de beleidslijnen met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten
• de visie van de raad op verbonden partijen in relatie tot de realisatie van de doelstellingen zoals die zijn opgenomen in de programma’s van de begroting
• de beleidsvoornemens over verbonden partijen
• de naam en de vestigingsplaats; het openbaar belang dat op deze wijze wordt behartigd; de veranderingen die zich hebben voorgedaan gedurende het begrotingsjaar; het eigen vermogen en het vreemd vermogen van de verbonden partij aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar; het resultaat van de verbonden partij

Aanvullend hierop, op grond van de ‘Verordening op de inrichting van de financiële organisatie, het financiële beheer en de uitgangspunten van het financiële beleid van de gemeente Woerden’, staat in deze paragraaf informatie ten aanzien van beëindigde, nieuwe of (gewijzigde) bestaande verbonden partijen en eventuele problemen bij verbonden partijen.
De kaders voor de verbonden partijen zijn vastgesteld in de nota Verbonden partijen.

3. Verbonden partijen per programma

Terug naar navigatie - 3. Verbonden partijen per programma

De gemeente Woerden heeft bestuurlijke en financiële belangen in verschillende verbonden partijen. Onderstaande partijen worden per programma toegelicht:

Gemeenschappelijke regelingen
• Veiligheidsregio Utrecht
• Regionaal Historisch Centrum Rijnstreek en Lopikerwaard (RHC)
• Afvalverwijdering Utrecht (AVU)
• Recreatieschap Stichtse Groenlanden
• Ferm Werk
• Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst regio Utrecht (GGDrU)
• Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU)
• U10 (strikt genomen geen verbonden partij maar een netwerksamenwerking)

Vennootschappen en coöperaties
• Coöperatie Parkeerservice U.A. Amersfoortkeerservice U/A. Amersfoort
• Bank Nederlandse Gemeenten
• Vitens

Stichtingen en verenigingen
• Stichting Urgentieverlening West Utrech

Gemeenschappelijke regelingen

Veiligheidsregio Utrecht (VRU)

Terug naar navigatie - Veiligheidsregio Utrecht (VRU)
Doel

Het doel van deze regeling is het door de Veiligheidsregio Utrecht realiseren van een gelijkwaardig kwaliteitsniveau van de beheersing van rampen en crisis in de Utrechtse gemeenten. De gemeentelijke organisaties zijn verantwoordelijk voor een aantal crisisbeheersingsprocessen zoals: crisiscommunicatie, publieke zorg en nazorg. Geen enkele gemeentelijke organisatie is in staat om deze taken geheel op eigen kracht te vervullen.
Regionale samenwerking en bundeling van ambtelijke capaciteit is absoluut noodzakelijk.

Veiligheid houdt zich niet aan gemeentegrenzen. Bestuurlijke afspraken over prioriteiten en inzet worden op regionaal niveau gemaakt via de Veiligheidsregio Utrecht of het Regionaal College van de politie.

Bestuurlijk belang / betrokkenen De Veiligheidsregio bestaat uit een samenwerking tussen de brandweer, de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR), de gemeenschappelijke meldkamer Utrecht (GMU) en 26 Utrechtse gemeenten.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid: burgemeester V.J.H. Molkenboer
Plv.lid: wethouder A. Noorthoek
Financieel  
Bijdrage Begroting 2020 : € 2.889.000
Begroting 2019 : € 2.815.000

De bijdrage aan de VRU staat voor 90% geraamd bij taakveld 1.1 crisisbeheersing en voor 10% bij taakveld 8.3 wonen en bouwen.
Bovenstaande bedragen zijn inclusief de bijdrage voor de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) Bijdrage MKA is € 11.272.
Eigen vermogen -
Vreemd vermogen -
Financiële ontwikkeling Vanaf 2015 is de financieringssystematiek van de VRU gewijzigd (nieuwe gemeentelijke bijdrageregeling). De gemeentelijke bijdrage wordt bepaald volgens de criteria van het gemeentefonds.
Inhoudelijke ontwikkeling

De Veiligheidsregio Utrecht houdt zich met ingang van 2020 met o.a. de volgende werkzaamheden bezig:
• De VRU heeft de risico’s in de regio in beeld en vastgelegd in het risicoprofiel. De informatie wordt met in- en externe partners gedeeld via:

- regionaal risicoprofiel;
- provinciale risicokaart;
- brandrisicoprofiel;
- (Gemeentelijke) Integrale Veiligheidsplannen.

• De VRU adviseert het bevoegd gezag om onveilige situaties te voorkomen en/of te beperken, met betrekking tot:

- ruimtelijke ordening & externe veiligheid (incl. overstromingsrisico’s);
- bouwen;
- brandveilig gebruik van gebouwen en bouwwerken;
- milieu;
- evenementen.

• De VRU houdt risicogericht toezicht op (brand)veiligheid in bestaande bouw en bij evenementen en adviseren het bevoegd gezag over te nemen maatregelen.
• De VRU wil met stimulerende preventie de zelfredzaamheid van burgers en bedrijven vergroten.
• De VRU zorgt voor goed voorbereide en opgeleide brandweermensen die de beschikking hebben over voldoende materieel en materiaal voor de uitvoering van hun taak.
• De VRU onderhoudt een aantal specialismen waaronder waterongevallen, rietkapbrandbestrijding, natuurbrandbestrijding en technische hulpverlening.
• Op het gebied van Bevolkingszorg beheert de VRU de regionale piketten.
• De VRU zorgt er voor dat piketfunctionarissen uitgebreid opgeleid, geoefend en getraind worden . Hoe dit uitgevoerd wordt, is vastgelegd in het Beleidsplan Opleiden, Trainen en Oefenen (OTO).
• De VRU adviseert de gemeenten over de optimale inrichting van hun crisisorganisatie. Voor de lokale functionarissen verzorgt de VRU ook het totale opleiding, training en oefentraject.
• De VRU volgt met het veiligheidsinformatiecentrum (VIC) de ontwikkelingen van risico’s in onze regio, die mogelijk kunnen uitgroeien tot een ramp of crisis.
• De VRU coördineert en organiseert geneeskundige hulp aan slachtoffers bij een ramp of crisis. In de voorbereidende fase valt hieronder ook het op geneeskundig vlak adviseren bij evenementen.
• De VRU adviseert het openbaar bestuur en organisaties die een rol hebben in geneeskundige hulpverlening over te nemen maatregelen.
• De VRU organiseert crisisoefeningen met zorgverleners, brandweer, gemeenten en politie zodat de hulpverlening goed op elkaar aansluit.
• De VRU stelt de wettelijke verplichte incidentbestrijdingsplannen op of actualiseert deze.
• De VRU evalueert GRIP-incidenten conform het evaluatiebeleid van de VRU.
• De VRU beschikt over actuele aanvals- en/of bereikbaarheidskaarten voor risicovolle en kwetsbare objecten.
• De VRU draagt zorg voor de continuïteit van de meldkamerfunctie in aanloop naar de samenvoeging, onder meer door harmonisatie van de meldkamerprocessen.
• De VRU gaat verder met het verder terugdringen van de nodeloze meldingen via de brandmeldinstallatie. De VRU zet in op een combinatie van voorlichting, toezicht & handhaving en verificatie van de melding.
• Op het gebied van organisatieontwikkeling zal de VRU zich onder andere bezig houden met het ontwikkelen van accountmanagement, harmonisatie rechtspositie en loketgericht werken
• De VRU voert een aantal taken op het gebied van onderhoud en exploitatie van de brandweerkazernes uit. De pakketten operationeel onderhoud, schoonmaak en ARBO & veiligheid neemt de gemeente af bij de VRU.

Risico’s

 

Regionaal Historisch Centrum Rijnstreek en Lopikerwaard (RHC)

Terug naar navigatie - Regionaal Historisch Centrum Rijnstreek en Lopikerwaard (RHC)
Doel Uitvoering Archiefwetgeving en het beheer van historische archieven en collecties en beschikbaarstelling ervan aan burgers en organisatie. Op grond van de Archiefwet-1995 moeten besturen van overheden ervoor zorgdragen dat hun archieven in goede en geordende en toegankelijke staat verkeren. Op grond van diezelfde wet dienen overheidsarchieven van 20 jaar en ouder worden overgebracht naar het statisch archief (in Woerden het RHC). Hierbij veranderd de status van deze archieven in principe naar openbaar en zijn ze voor iedereen kosteloos te raadplegen. Ook is het RHC belast met het wettelijk toezicht op het gemeentelijk beheer van nog niet overgebrachte archieven. In het kader van de Wet revitalisering generiek toezicht is een groot deel van de inspectietaak van de provincie (toezicht op de zorg) enige jaren geleden overgedragen aan het RHC.
Bestuurlijk belang / betrokkenen Gemeenten Bodegraven-Reeuwijk, Lopik, Montfoort, Oudewater, Woerden en IJsselstein en het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden te Houten.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : burgemeester V.J.H. Molkenboer
Plv. lid : wethouder A. Noorthoek
    Bijdragen

Inwonerbijdrage : is gebaseerd op het inwoneraantal (salarissen en overige kantoorkosten) en beheerde aantal m archief (depotkosten).

Aantal m van Woerden bedraagt 1.441 m.
Bijdrage per inwoner € 3,6079 en bijdrage per m € 27,79.

Begroting 2020 € 251.387 (incl. btw)
Jaarrekening 2018 € 216.247 (incl. btw)

    Eigen vermogen nihil
    Vreemd vermogen -n.v.t.
Financiële ontwikkeling

In het voorjaar 2019 heeft het RHC naar intrek genomen in de gerenoveerde en deels nieuw huisvesting in het gemeentehuis van Woerden. Daar beschikt het RHC over een plaatsingsruimte voor ruim 7 kilometer archief. De kosten voor de deelnemers zijn i.v.m. de gerenoveerde (en grotere) huisvesting hoger geworden.
De deelnemers die beschikken over een eigen archiefbewaarplaats worden gedurende 10 jaar daarvoor gecompenseerd. De kosten hiervoor worden over de overige deelnemers verdeeld.

Vanaf 2018 wordt door het RHC de BTW in rekening worden gebracht (ook in de bijdrage). De deelnemers kunnen deze via het BTW-compensatiefonds verhalen.

Inhoudelijke ontwikkelingen Vanuit de Archiefwet richt het RHC zich op het beheer van het statisch archief en de uitvoering van de inspectietaak. Het fungeert voor de gemeente als historisch informatiecentrum. De niet-wettelijke taken van het RHC werden afgebouwd.
Het vergroten van de digitale toegankelijkheid van de archieven en collecties is een belangrijk speerpunt voor de komende jaren. Het RHC zal ook de vorming van een regionaal E-depot of aansluiting op een landelijk e-depot de komende tijd oppakken.
Via de RHC-website is het mogelijk om sommige archiefbescheiden digitaal te raadplegen. Voor Woerden gaat het om het oud-rechterlijke archief (ook van Harmelen, Kamerik en Zegveld), en het notarieel archief van voor 1811. Deze archieven behoren tot de meest opgevraagde bronnen. Archieven en bronnen die zijn ontsloten worden zoveel mogelijk op de website voor publiek beschikbaar gesteld. Natuurlijk blijft het mogelijk de studiezaal te bezoeken om onderzoek te doen of (bouw)dossiers in te zien.
De overbrengingstermijn naar het RHC staat momenteel volgens de Archiefwet op 20 jaar.
Er is een traject gestart om deze termijn terug te brengen naar 10 jaar. In de eerste helft van 2019 zou er een wetsvoorstel worden gelanceerd m.b.t. openbare raadpleging. Verkorting van de overbrengingstermijn van 20 jaar naar 10 jaar zal een behoorlijke invloed op de werkzaamheden bij het RHC.
Deze verkorting van de overbrengingstermijn zal in 2019 nog niet worden geeffectueerd.
Risico n.v.t.

Afvalverwijdering Utrecht (AVU)

Terug naar navigatie - Afvalverwijdering Utrecht (AVU)
Doel De AVU is een gemeenschappelijke regeling ingevolge de Wet gemeenschappelijke regelingen en is in 1984 opgericht door de Utrechtse
gemeenten en de provincie Utrecht. Deze gemeenschappelijke regeling heeft als doel een efficiënte en uit oogpunt van milieuhygiëne
verantwoorde wijze van overslag, transport en verwerking van huishoudelijke en andere categorieën van afvalstoffen (geen bedrijfsafval)
voor de deelnemende gemeenten te organiseren.
Namens de gemeenten voert de gemeenschappelijke regeling AVU de regie op de overslag, het transport, de bewerking en de
verwerking van het door de inwoners van de provincie Utrecht aangeboden huishoudelijk afval. Ook organiseert en regisseert de AVU de
papierinzameling, de glasinzameling en de inzameling van oude medicijnen en injectienaalden (i.s.m. de Apothekersvereniging AVNM) in
de provincie Utrecht en laat de AVU jaarlijks de sorteeranalyses van het restafval per gemeente uitvoeren.
Bestuurlijk belang/betrokkenen De 26 gemeenten binnen de provincie Utrecht. Per 1 januari 2014 is de provincie uit de regeling getreden. Gezien het feit dat de
provincie geen afval leverde en ook geen bijdrage betaalde, heeft dit geen financiële consequenties. De toezichthoudende taak verschuift
hierdoor van het Rijk naar de provincie.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : wethouder T.H.D. de Weger
Plv. Lid : wethouder A. Bolderdijk
Financieel Begroting 2020: € 1.167.087
     Bijdrage Begroting 2019: € 969.519 (na herziening € 1.065.917)
Jaarrekening 2018: € 850.496
     Eigen vermogen  
     Vreemd vermogen  
Financiële ontwikkeling Ten opzichte van de in de begroting voor 2018 valt de jaarrekening 2018 € 148.144 lager uit. Dit komt mede omdat er als gevolg van “het
nieuwe inzamelen” 2.127 ton minder brandbaar afval aangeboden is en hogere inkomsten voor oud papier (€ 24.018). De hoeveelheden
aangeboden GFT en verpakkingsmaterialen (PMD) zijn in 2018 met 257 resp. 282 ton gestegen. Hierdoor zijn de kosten voor het
verwerken van deze materialen hoger dan begroot.
Tegenover de toegenomen kosten voor de sortering en de verwerking van het verpakkingsafval
staan inkomsten die door Nedvang aan de gemeenten worden uitbetaald. Deze betaling loopt
buiten de AVU om en zijn zodoende niet in deze begroting verwerkt.
Op Prinsjesdag 2018 werd bekend dat de Rijksoverheid de Afvalstoffenbelasting per 1 januari 2019 verhoogd.
naar € 31,39/ton. In de begroting van de AVU van 2019 was rekening gehouden met een verhoging naar € 20/ton. Door deze hogere
Afvalstoffenbelasting stijgt de begroting 2019 van de AVU met 3,1 miljoen euro. Om liquiditeitsproblemen bij de AVU, als gevolg van deze
verhoging te voorkomen was het noodzakelijk de begroting 2019 te herzien.
De overslag, het transport en de verwerking van het restafval, het grof huishoudelijk restafval
en het gft-afval afkomstig uit de AVU-gemeenten zijn tot eind 2020 contractueel vastgelegd. De AVU is in 2017 gestart met de
voorbereiding met een aanbesteding voor nieuwe contracten vanaf 2021. Gelet op de huidige marktsituatie moet rekening gehouden
worden met een stijging van de kosten. Voor de begroting van 2021 hebben wij hierop nog geen rekening gehouden.
Inhoudelijke ontwikkeling In de afgelopen jaren hebben de AVU, ROVA en Circulus-Berkel positieve ervaringen opgedaan op het PBD-dossier binnen de
zogeheten “Combinatie-Oost samenwerking” Door deze positieve ervaring willen AVU, ROVA en Circulus-Berkel meer gaan
samenwerken bij de ontwikkeling en vergaren van kennis en bij het vermarkten van ingezamelde afvalstoffen. Daarnaast willen deze
partijen samenwerken met het voeren van een gemeenschappelijke strategie op gezamenlijk vast te stellen dossiers. Dit heeft geleid tot
de opzet van CirkelWaarde.
Het AB heeft eind 2018 ingestemd met deze samenwerking die na drie jaar zal worden geëvalueerd.
Om te voldoen aan de gewijzigde Wet gemeenschappelijke regelingen heeft de Afvalverwijdering Utrecht (AVU) is de tekst van de
Gemeenschappelijk regeling AVU aangepast. De gewijzigde tekst in 12 december 2018 in het Algemeen bestuur goedgekeurd. De
(gewijzigde) gemeenschappelijke regeling is per 1 januari 2019 geëffectueerd.
Risico In principe kent de AVU geen risico’s. Alleen wanneer een grote contractpartner haar verplichtingen niet kan nakomen zou een nieuwe
overeenkomst meerkosten met zich mee kunnen brengen. Deze meerkosten worden dan wel weer doorberekend aan de deelnemende
gemeenten.

Recreatieschap Stichtse Groenlanden

Terug naar navigatie - Recreatieschap Stichtse Groenlanden
Doel Recreatieschap Stichtse Groenlanden is een van twee schappen in de provincie Utrecht. De werkorganisatie van het schap is: Recreatie Midden-Nederland. De regeling is getroffen ter behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de gemeente op het terrein van recreatie, natuur en landschap. Hieronder wordt begrepen de instandhouding en verbetering van voorzieningen en voor het hele grondgebied van de deelnemende gemeente een samenhangend beleid op het gebied van de openluchtrecreatie alsmede de natuur- en landschapsbescherming te ontwikkelen. De gemeentebesturen van Woerden, Utrecht, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Houten, IJsselstein, Lopik, De Bilt, De Ronde Venen en Provinciale Staten van Utrecht.
Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeentebesturen van Woerden, Utrecht, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Houten, IJsselstein, Lopik, De Bilt, De Ronde Venen en Provinciale Staten van Utrecht.
Bestuurder vanuit onze gemeente

Lid:

burgemeester V.J.H. Molkenboer (DB)
wethouder A. Noorthoek

Plv. Leden :

wethouder T. de Weger
wethouder G. Becht

    Bijdrage deelnemers

De bijdragen van de Gemeente Utrecht (34,2%) en de Provincie Utrecht (30,9%) worden berekend over de totale deelnemersbijdrage (circa 3 miljoen totaal). De overige deelnemers betalen naar rato van het aantal inwoners. De bijdrages zijn geïndexeerd met de overeengekomen 1,5%.

Jaarrekening 2018 € 172.100
Begroting 2019 € 206.803
Begroting 2020 € 209.905

     Eigen vermogen Nog niet bekend (31-12-2018)
     Vreemd vermogen Nog niet bekend (31-12-2018)
Financiële ontwikkeling

Door een structurele verhoging van de deelnemersbijdrage voor programma A met 20% met ingang van 2019, is de meerjarenbegroting weer sluitend (Er zijn twee programma’s A en B, onder B valt het areaal van het voormalig schap Vinkeveense Plassen, programma A is de rest van de gebieden Vanaf 2019 is weer meer capaciteit en middelen voor doorontwikkeling van de bestaande recreatiegebieden.

Deze ontwikkelruimte komt onder druk te staan doordat de kosten van de ondersteuningsorganisatie van het Recreatieschap, Recreatie Midden Nederland (RMN) onverwacht toenemen. De helft van de uitgaven van het recreatieschap bestaat uit kosten voor RMN. Voor de budgetperiode 2019-2022 is de deelnemersbijdrage aan het schap met ingang van 2019 verhoogd met 20%: 10% ten behoeve van instandhouding en 10% ten behoeve van ontwikkeling. Een deel van het ontwikkelbudget zal worden ingezet om de tekorten bij RMN op te vangen.

RMN staat daarbij voor de opgave om van een meer budget-gestuurde beheerorganisatie door te groeien naar een programma-gestuurde organisatie die zich richt op het realiseren van doelen. Hiertoe wordt een verkenning opgestart en is een incidenteel Transitiebudget opgenomen die vooralsnog op PM staat, omdat nog onvoldoende duidelijk is wat nodig is aan financiële middelen

Inhoudelijke ontwikkeling

Het recreatieschap Stichtse Groenlanden heeft haar eigen programma’s (A en B). Daarnaast loopt de financiering van het Routebureau Utrecht via het recreatieschap.

In 2019 wordt het huidige Ontwikkelplan met bijbehorende investeringsprogramma (programma A) herijkt binnen de kaders van de kadernota 2019-2022. Een belangrijke investering die komende jaren op de rol staat is de verbetering van de parkeerterreinen bij diverse recreatieterreinen, zodat de parkeervoorziening aansluiten bij het huidige intensieve recreatieve gebruik.

Ontwikkelingen gemeente Woerden:
Voor Oortjespad is in het najaar van 2018 een rentmeester door het recreatieschap aangetrokken om te komen tot juridisch vastgelegde afspraken met de ondernemer voor het Oortjespad-Plusplan. De verwachting is dat in 2019 de overdracht plaatsvindt van deze locatie naar de ondernemer van Buitenplaats Kameryck. Dit betekent dat vanaf 2020 het gehele gebied in beheer is bij Buitenplaats Kameryck. Vanuit het schap wordt nog wel een jaarlijkse publieke bijdrage aan Kameruck gegeven voor de instandhouding van een aantal specifieke openbare voorzieningen zoals de Kinderboerderij en het kinderzwembadje.

Voor de ontwikkeling van Recreatiegebied Cattenbroek heeft de gemeente zelf de regie, het Recreatieschap is de beoogd eigenaar van dit gebied. De overdracht van gemeente naar recreatieschap zal plaatsvinden na vaststelling van het bestemmingsplan. Naar verwachting is dat niet in 2019 zoals in de concept programmabegroting vermeld staat maar in 2020 of later. Het recreatiegebied zal door het schap in beheer over worden gedragen aan de ondernemer.

Fietspad Reijerscop: de provincie werkt samen met de gemeenten Utrecht, Montfoort en Woerden, waterschap en recreatieschap aan de realisatie van fietspad Reijerscop. De beoogd eindbeheerder is dit recreatieve fietspad is het recreatieschap.

Risico’s

Met de vaststelling van de begroting 2019 en daarmee de verhoging van de deelnemersbijdrage voor 2019 met 20% is de meerjarenbegroting van het recreatieschap is weer sluitend. De preventieve toezichtsvorm is daarmee eind 2018 opgeheven.

De huidige financiële en organisatorische situatie bij RMN kan leiden tot extra kosten voor het recreatieschap. Vooralsnog zijn deze binnen de begroting van SGL op te vangen en leidt dit niet tot een (extra) verhoging van de deelnemersbijdrage van de deelnemers. Daarnaast wordt een verkenning gestart naar een toekomstperspectief voor de langere termijn voor RMN.

Ferm Werk

Terug naar navigatie - Ferm Werk
Doel

Ferm Werk is de uitvoeringsorganisatie van vier gemeenten op het terrein van Participatie, Werk & Inkomen. De vier deelnemende gemeenten hebben alle taken van hun sociale diensten ondergebracht bij Ferm Werk inclusief het daarmee verbonden beleid.

De dienstverlening die Ferm Werk verzorgt betreft het uitvoeren van taken in het kader van de Participatiewet waarin zijn opgenomen de volgende voormalige wetten: Wet Werk en Bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen. Daarnaast geeft Ferm Werk uitvoering aan de Wet Sociale Werkvoorziening en het Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen.

Tot de taken van Ferm Werk behoort het op basis van genoemde regelgeving verstrekken van uitkeringen en overige inkomensondersteuning en het uitvoering geven aan in de regelgeving aangegeven activiteiten ter bevordering van participatie en re-integratie in het arbeidsproces.

Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeentebesturen van Woerden, Montfoort, Oudewater en Bodegraven-Reeuwijk. De deelnemende gemeenten hebben in het bestuur stemrecht naar rato van het aantal inwoners. Dit komt er op neer dat de gemeente Woerden 60% van de stemmen in het Algemeen Bestuur heeft. Besluiten worden genomen met 2/3 meerderheid van stemmen.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : wethouder G. Becht (DB) en raadslid mw. M. van Noord (AB)
Plv. leden : wethouder T. de Weger en raadslid W. den Boer
    Financiële
bijdrage
Begroting 2020 reguliere dienstverlening € 22.070.615
Aanvullende dienstverlening € 806.539
    Eigen vermogen ---
    Vreemd vermogen ---
Financiële ontwikkeling

Het is van belang onderscheid te maken tussen grote geldstroom en kleine geldstroom. De zogenaamde grote geldstroom betreft uitgaven aan uitkeringen etc. die voor een groot gedeelte worden gedekt door rijksbijdragen (het BUIG-budget). Vanuit dat budget worden ook de loonkostensubsidie voor arbeidsbeperkten en de loonkosten voor ‘nieuw beschut werk’ betaald.

Er wordt rekening gehouden met een afname van het aantal inwoners met een bijstandsuitkering tot een gemiddeld aantal van 570 in 2020 (realisatie 2018: 591). Er is een toename begroot van het aantal mensen met een garantiebanen of nieuw beschut werk.

Voor 2020 wordt verwacht dat de rijksbijdrage ontoereikend zijn als dekking voor bovengenoemde uitgaven.

De kleine geldstroom betreft de organisatie- en formatiekosten van Ferm Werk. Deze kosten worden vooral gedekt door inkomsten uit de markt en gemeentelijke bijdragen. Waar de grote geldstroom over de periode van de meerjarenbegroting redelijk stabiel is, stijgt de omvang van de kleine geldstroom fors t.g.v. indexering en onontkoombare uitgaven rond ICT, DIV en AO/IC.

Inhoudelijke ontwikkeling

Ferm Werk bestaat sinds 1 januari 2014. Op die datum zijn de sociale diensten van vier gemeenten samengegaan met het WSW-bedrijf De Sluis.

In 2020 zal Ferm Werk zich verder ontwikkelen tot een partner binnen het brede sociale domein en zal de relatie met en de dienstverlening aan het bedrijfsleven zijn verstrekt. Het gaat daarbij met name over de invulling van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor participatie van cliënten met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Maar ook om het samen optrekken ten behoeve van een meer integrale dienstverlening aan cliënten van FermWerk die tevens klant zijn van andere partijen in het sociaal domein, zoals bijvoorbeeld schuldhulpverlening, jeugdzorg of justitie.

Risico’s De regelingen die FermWerk uitvoert zijn open einde-regelingen. De begroting gaat uit van verwachtingen van het aantal mensen dat bijstand of inkomensondersteuning aanvraagt. En van een bepaald aantal cliënten dat gebruik gaat maken van een garantiebaan of nieuw beschut werk. Ook ten aanzien van de hoogte van de BUIG-uitkering is een inschatting gemaakt. In de werkelijkheid kan dit alles mee of tegen vallen. Het risico daarvoor berust volledig bij de deelnemende gemeenten.

Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU)

Terug naar navigatie - Omgevingsdienst Regio Utrecht (ODRU)
Doel De Omgevingsdienst Regio Utrecht ondersteunt en adviseert de gemeente Woerden bij het uitvoeren van milieutaken en het ontwikkelen van beleid voor milieu en duurzaamheid.
De ODRU levert een bijdrage aan het realiseren van een veilige, gezonde en duurzame leefomgeving en het versterken van de bestaande milieukwaliteit door inwoners, bedrijven en overheden te stimuleren tot milieuvriendelijk handelen en gedrag. Voor de uitvoering van de milieutaken is de programmabegroting van de gemeente leidend. Binnen dit financiële kader wordt jaarlijks een Uitvoeringsprogramma (UVP) opgesteld. Dit zijn de kaders waarbinnen de Omgevingsdienst haar taken uitvoert.
Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeentebesturen van Bunnik, De Bilt, Montfoort, Oudewater, Renswoude, Rhenen,
De Ronde Venen, Stichtse Vecht, Utrechtse Heuvelrug, Veenendaal, Vijfheerenlanden, Woerden, Wijk bij Duurstede, IJsselstein en Zeist.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : wethouder T. de Weger
Plv. lid : wethouder G. Becht
Financieel Conform de gemeenschappelijke regeling dragen de 15 deelnemende gemeenten gezamenlijk het risico voor de Omgevingsdienst.
    Bijdrage Begroting 2018 € 1.169.554,50
Begroting 2019 € 1.244.116,-
Begroting 2020 € 1.379.063 (excl. nieuwe onvermijdelijke milieuontwikkelingen voor 2020 ev waarover nog een besluit genomen moet worden).
    Eigen vermogen -
    Vreemd vermogen -
Financiële ontwikkeling -
Inhoudelijke ontwikkeling Een belangrijke ontwikkeling in het samenspel tussen ODRU en gemeente is de komst van de Omgevingswet.
Risico’s

Op een deel van het eigen vermogen van de ODRU rusten diverse bestemmingen zodat het weerstandsvermogen van de ODRU zich beperkt tot de algemene of egalisatiereserve.
De omvang van het weerstandsvermogen is gebaseerd op een percentage van de omzet (maximaal 10%). Inmiddels zijn de risico’s in kaart gebracht en is op basis hiervan een berekening gemaakt van de benodigde omvang van het weerstandsvermogen. Op grond van deze berekeningen is het noodzakelijk om het weerstandsvermogen te verhogen.

Gestreefd wordt naar een ratio weerstandsvermogen van 1,5. Dat wil zeggen dat alle risico’s voor 1,5 maal gedekt kunnen worden vanuit het weerstandsvermogen, welke opgebouwd wordt vanuit eventuele positieve jaarrekeningresultaten. Zodra de Algemene Reserve het gewenste niveau heeft bereikt wordt het meerdere teruggegeven aan de eigenaar-gemeenten.
Het niveau van het benodigde weerstandsvermogen wordt ieder jaar bepaald bij de jaarrekening.

U10 netwerksamenwerking

Terug naar navigatie - U10 netwerksamenwerking
Doel

Doel van de samenwerking is het verkennen van gemeenschappelijke onderwerpen en belangen en op basis hiervan gemeenschappelijke ambities formuleren en gezamenlijk activiteiten ondernemen op de terreinen economie, ruimtelijke ontwikkeling, wonen, sociaal domein, energietransitie, verkeer en vervoer. In de stedelijke regio rond Utrecht speelt zich het merendeel van het economisch, maatschappelijk en fysiek verkeer af. De partners zoeken naar oplossingen voor gemeentegrens-overstijgende problemen die hiermee samenhangen.

De samenwerking richt zich niet alleen op overheden, maar wil deze ook verbinden met het bedrijfsleven en kennisinstellingen (‘triple helix’). Als belangrijkste inhoudelijke doel geldt de verstedelijkingsopgave van de regio Utrecht.

Bestuurlijk belang / betrokkenen

De gemeentebesturen van Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug, De Vijfheerenlanden, Wijk bij Duurstede, Woerden en Zeist. Het gaat om een flexibele netwerksamenwerking waarbij niet alle twaalf gemeenten even intensief deelnemen op alle thema’s. Bovendien kunnen andere gemeenten aansluiten op thema’s of concrete initiatieven, zodat er voor sommige onderwerpen 16 gemeenten aan tafel zitten.

Dit laatste geldt niet voor het belangrijkste dossier, de verstedelijking van regio Utrecht.
Dit wordt aangepakt via de Ruimtelijk Economische Programmering. Hier doen alle twaalf gemeenten van de U10 aan mee en daarbij ook de gemeenten uit de Lopikerwaard (Oudewater, Montfoort, Lopik) en gemeente De Ronde Venen (dit geheel staat bekend als de ‘U16’).

Bestuurder vanuit onze gemeente

Portefeuillehouder Becht is bestuurlijk trekker van de tafel ‘Groen en Landschap’, portefeuillehouder Noorthoek is lid van de tafels ‘Duurzame bereikbaarheid’ en ‘Economische positionering’,

Portefeuillehouder De Weger is ten slotte lid van de tafels ‘Klimaatneutrale regio’ en ‘Gezonde woon- en leefomgeving’. De burgemeester is niet aangesloten bij een inhoudelijke tafel, maar bij het Bestuurlijk Coördinatie Overleg.

Financieel
    Bijdrage
Begroting 2019 € 61.500
Begroting 2020 € 77.100
    Eigen vermogen  
    Vreemd vermogen  
Financiële ontwikkeling De bijdrage is een vaste deelnemersbijdrage van € 1,20 per inwoner. Dit wordt besteed aan een klein procesteam (6 fte) en een werkbudget voor bijeenkomsten, communicatie etc. Een extra bijdrage van ca. 30K is voorzien voor de ambtelijke capaciteit van het regionale team dat de Ruimtelijk Economische Programmering moet ondersteunen. Ook dit bedrag is tot stand gekomen op basis van een verdeling naar inwoneraantal.
Inhoudelijke ontwikkeling

De U10 is een netwerksamenwerking in ontwikkeling. Dit geldt zowel voor de manier van samenwerken (flexibel, doelverkennend, samen met andere partners) als voor de inhoud. In de bestuurstafels worden steeds nieuwe actuele thema’s geagendeerd. Iedere keer wordt daarin gekeken met wie het opgepakt wordt en op welke manier.

De U10 ontwikkelt zich in 2020 naar een samenwerking die gemeenschappelijk de verstedelijkingsvraagstukken van de regio Utrecht aanpakt via een gezamenlijke Ruimtelijk Economische Programmering. De strategie van de U10 is hierbij om van de regio Utrecht een ontmoetingsplaats te maken voor ‘gezond stedelijk leven’.

Risico’s De netwerksamenwerking drijft op de inzet van de deelnemers en de urgentie van de onderwerpen. Als de deelnemers zich niet inzetten (bijvoorbeeld omdat ze het belang er niet van inzien) is het rendement nihil.

Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst regio Utrecht (GGDrU)

Terug naar navigatie - Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst regio Utrecht (GGDrU)
Doel Het in stand houden van een dienst van gemeenten ter uitvoering van de taken bij of krachtens de Wet publieke gezondheid opgedragen aan de colleges op het gebied van de publieke gezondheid.
Bestuurlijk belang / betrokkenen Alle 26 gemeenten van de provincie Utrecht houden de gemeenschappelijke regeling in stand.
Met ingang van 2014 is er 1 regeling voor zowel de stad Utrecht als de overige gemeenten. Vanaf 2014 heet de GGD niet langer ‘GGD Midden Nederland’ maar: ‘GGD regio Utrecht’ (GGDrU).
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : wethouder A. Noorthoek
Plv. lid : wethouder T. de Weger
Financieel
    Bijdrage

Werkelijk 2018 : € 1.861.670

Begroting 2019 : € 1.991.817

Begroting 2020:
Basistaken € 355.997,-
Intensivering basistaken € 8.879,-
Basistaken-plus € 1.341.490,-
Maatwerk € 304.548,-

Totaal bijdrage en vergoedingen: € 2.010.914,-

De inwonerbijdrage voor de Algemene Publieke Gezondheidstaken bedraagt € 5,35
De kindbijdrage voor de uitvoering van de JGZ bedraagt € 113,25

    Eigen vermogen De GGDrU heeft ultimo 2018 een eigen vermogen van € 3.517.266,-
Het geprognosticeerde saldo van de algemene reserve bedraagt ultimo 2020 € 1.037.000,-
De beschikbare weerstandscapaciteit is € 1.273.349,-
    Vreemd vermogen Het vreemd vermogen is ultimo 2018 € 10.276.158,-
Financiële ontwikkeling

De financiering van de JGZ is ontschot (vanaf 2018 wordt de JGZ gefinancierd voor de leeftijd van 0-19 jaar, de knip bij 4 jaar is verdwenen) en collectief gefinancierd (de bijdrage voor JGZ is voor alle gemeenten gelijk getrokken. De bijdragen wordt bepaald op basis van kindaantallen, niet meer op basis van aantal inwoners). De JGZ 0-4 jaar is verschoven van maatwerk naar basistaken-plus. Er is hierdoor in de zorg voor jeugd van 0-18 jaar lijn en continuïteit aangebracht.

De kosten voor het Rijksvaccinatieprogramma gaan verschuiven. De GGDrU ontvangt niet langer de vergoeding via het RIVM. Voortaan betalen de gemeenten de kosten aan de GGDrU. Gemeenten ontvangen de kosten daarvoor via het Gemeentefonds.

Omdat de organisatie van de GGDrU niet robuust genoeg was worden verbeteringen doorgevoerd. voor de dekking van de daarmee gepaard gaande kosten is een ombuigingsplan (2018-2021) opgesteld en momenteel nog in uitvoering. Uit extern onderzoek is gebleken dat ombuigingen voldoende financiën kunnen opleveren voor de intensivering van de ondersteunende organisatie van de GGD. Niet zeker is of alle ombuigingen (tijdig) gerealiseerd kunnen worden (zie verder bij risico’s). Verhoging van de inwonerbijdrage is tot nu toe niet nodig geweest.

Inhoudelijke ontwikkeling

In de begroting van 2020 zijn 5 maatschappelijke effecten benoemd en vertaald naar resultaten. Dit zijn:
1 Inwoners wonen, leven, gaan naar school en werken in een veilige omgeving waar aandacht is voor gezondheid en elkaar.
2 Een gezonde en veilige start voor elk kind.
3 Iedereen kan zich ontwikkelen en ontplooien.
4 Iedereen kan meedoen.
5 Bedreigingen van de publieke gezondheid worden bestreden.

Deze maatschappelijke effecten zijn de leidraad voor de ambities voor 2020. Naast inhoudelijke ambities is er ruim aandacht voor het verbeteren van de dienstverlening en het verder op orde brengen van de organisatie.
Per ambitie (veiliger leefomgeving, minder kwetsbare inwoners, gezondere en weerbaarder kinderen en scholen, een goede start voor ieder kind en het voorkomen van gezondheidsproblemen en
-risico’s) zijn de beoogde resultaten, de acties en de kosten vastgelegd.

Risico’s

De deelnemende gemeenten staan garant voor de betaling van rente en aflossing van de door de GGD aangedane geldlening en rekening-courant overeenkomsten. De garantstelling geschiedt naar verhouding van de inwonertallen op 1 januari van het jaar waarin de garantieverplichting tot stand is gekomen.

Er is een integrale risicoinventarisatie uitgevoerd binnen de GGD. Vanuit de kwaliteitsmonitoring heeft tevens een operationele risicoinventarisatie plaatsgevonden. In de begroting 2019 zijn 3 risicogroepen onderscheiden: interne bedrijfsvoering, de samenwerking in de gemeenschappelijke regeling en externe ontwikkelingen. Per productgroep zijn de risico’s beschreven en van actiepunten voorzien. De risico’s zijn in euro’s gekwantificeerd en vastgesteld in het benodigd weerstandsvermogen. De beschikbare weerstandscapaciteit (€ 1.273.349,-) ligt hoger dan de benodigde weerstandscapaciteit (€ 587.000,-) .

Op de risicokaart is af te lezen dat
- flucuatie kindaantallen een lage kans heeft om te gebeuren met een lage impact
- langdurige calamiteiten (asielzoekers, ICT omgeving, voldoen aan AVG) een lage kans heeft met een midden categorie impact
- de vraag naar reizigersvaccinaties, de RI&E gebouwen, tekort aan personeel, maatwerkproducten en Europees aanbesteden een kans hebben in de middencategorie en tevens een middencategorie impact
- er is een kleine kans op het stoppen van subsidie, de impact zou hoog zijn
- er is een kans in de middencategorie dat ombuigingen een risico vormen en de impact zou hoog zijn
- het GGiD heeft een hoge kans op risico en de impact zou hoog zijn.

Om het ombuigingsplan (ten behoeve van de versterking van de GGD organisatie) te realiseren is een bedrag van ruim 1,3 miljoen nodig. Dekking daarvoor is gevonden, echter daarbij is het risico dat ombuigingen niet tijdig gerealiseerd kunnen worden. Het ombuigingsplan wordt bij elke bestuursrapportage tegen het licht gehouden. Bij tegenvallers die niet gedekt kunnen worden door incidentele meevallers of een beroep op reserves bestaat de kans dat de inwonerbijdrage wordt verhoogd. Dat is tot nu toe nog niet nodig geweest. Of er een verhoging van de bijdrage in 2020 komt is nog niet duidelijk. In de begroting zit geen rek meer.

In 2018 is een nieuw Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg (DDJGZ) aanbesteed, samen met 2 andere GGD’en die net als de GGDrU werken met een softwareprogramma dat niet langer wordt ondersteund en dus moet worden vervangen. Het nieuwe DDJGZ heeft de naam GGDiD gekregen. De aanbesteding past binnen de daarvoor in de begroting gereserveerde middelen. Begin 2019 is gebleken dat er een vertraging is opgetreden doordat het GGiD nog niet aan de gestelde eisen voldeed. Deze vertraging heeft gevolgen voor de planning en de kosten. Nog niet duidelijk is wat dit gaat betekenen voor de bijdrage van de gemeenten.

Vennootschappen en coöperaties

Coöperatie Parkeerservice U/A. Amersfoort (zie ook paragraaf lokale heffingen)

Terug naar navigatie - Coöperatie Parkeerservice U/A. Amersfoort (zie ook paragraaf lokale heffingen)
Doel

Woerden heeft in zijn binnenstad gereguleerd parkeren ingevoerd en exploiteert twee parkeergarages. Het uitvoeren van het parkeerbeleid en het beheren van de parkeergarages is ondergebracht bij de Coöperatie Parkeerservice (CPS). De coöperatie is een samenwerkingsverband van gemeenten die samenwerken in parkeren met als doel zo laag mogelijke uitvoeringskosten tegen een zo hoog mogelijke kwaliteit. Vestigingsplaats is Amersfoort.
CPS is in 2010 opgericht en is de rechtsopvolger van Parkeerservice Amersfoort (het verzelfstandige parkeerbedrijf van de gemeente Amersfoort).
Huidige 16 leden: De gemeenten Alkmaar, Alphen aan den Rijn, Amersfoort, Barneveld, Deventer, Gorinchem, Gouda, Hilversum, Hoogeveen, IJsselstein, Lelystad, Nieuwegein, Nijkerk, Woerden, Zandvoort en Zeist en Parkeren Amersfoort B.V.

Coöperatie Parkeerservice is een niet-winstbeogende organisatie die tegen marktconforme prijzen voor haar leden kwalitatief hoogwaardige parkeerdiensten verricht. Coöperatie Parkeerservice maakt parkeren makkelijker voor zowel lokale overheden als automobilisten.
CPS werkt daarvoor in coöperatief verband intensief samen met de aangesloten leden en biedt een kwalitatief hoogwaardig, technologisch vooruitstrevend en volledig integraal parkeerdienstenpakket aan tegen zo laag mogelijke kosten, met zo min mogelijk risico en met een sterke focus op zowel het maatschappelijke als financiële rendement voor haar leden.

Bestuurlijk belang betrokkenen De gemeente is lid van de Coöperatie Parkeerservice U.A. Als lid van CPS is de gemeente als mede-eigenaar automatisch ook lid van de algemene ledenvergadering (ALV), het hoogste orgaan van de coöperatie. In deze vergadering worden besluiten genomen die invloed hebben op de koers, de bedrijfsvoering en het resultaat van CPS.
Als mede-eigenaar van de coöperatie dragen we hiervoor een medeverantwoordelijkheid. In de ALV hebben alle gemeentelijke leden een gelijke stem. De wethouder Verkeer vertegenwoordigt Woerden in de ALV.
Bestuurder vanuit onze gemeente Lid : wethouder A. Noorthoek
Plv. Lid : wethouder G. Becht
Financieel
    Bijdrage
Rekening 2018 € 552.860 (exclusief transitievergoeding € 46.297)
Begroting 2019 € 800.000 (incl.parkeergarage Def.eiland)
Begroting 2020 € 800.000
Eigen vermogen -
Vreemd vermogen -
Financiële ontwikkeling Om de financiële problemen uit het verleden te boven te komen, was een ingrijpende reorganisatie noodzakelijk om de coöperatie weer gezond te maken. Deze reorganisatie gaat gepaard met transitiekosten en er is een aanvulling van het weerstandsvermogen nodig.
Besloten is dat de leden een dotatie van € 600.000 doen aan het weerstandsvermogen en een dotatie ad € 2.200.000 aan het transitiebudget volgens een verdeelsleutel. Ook is over de verdeelsleutel een besluit genomen. Daarnaast is het besluit genomen om de bijdrage volgens een aantal vooraf vastgestelde jaarschijven te betalen (i.p.v. ineens).
• Van Woerden wordt een bijdrage aan het transitiebudget gevraagd ad €155.375. In 2019 bedroeg deze bijdrage € 23.148,27.
Na de reorganisatie worden de kosten in drie onderdelen verwerkt: PDC’s voor diensten die de leden afnemen van CPS, bijdrage indirecte kosten (bijvoorbeeld de bedrijfskosten van CPS) en contracten en stelposten. Zodoende zijn de financiële stromen transparant. Medio februari 2019 is de parkeergarage Defensie Eiland opgeleverd. De parkeergarage wordt exploiteert door de gemeente, ook bij deze garage is het uitvoeren van parkeerbeleid en beheren van de garage ondergebracht bij Parkeerservice. Hierdoor zijn de kosten van de uitvoeringsopdracht 2019 hoger dan voorgaande jaren: Parkeerservice voert immers meer werkzaamheden uit.
Inhoudelijke ontwikkeling  

BNG Bank N.V. (BNG)

Terug naar navigatie - BNG Bank N.V. (BNG)
Openbaar belang De BNG is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. De strategie van de bank is gericht op het behouden van substantiële marktaandelen in het Nederlands maatschappelijk domein en het handhaven van een excellente kredietwaardigheid (Triple A). Daarnaast streeft zij naar een redelijk rendement voor haar aandeelhouders. De BNG biedt financiële diensten op maat, zoals kredietverlening, betalingsverkeer, advisering en elektronisch bankieren. Daarnaast neemt zij deel aan projecten in de vorm van publiek-private samenwerking.
Doel Eventuele kortlopende en langlopende leningen aangaan en deposito’s uitzetten.
Daarnaast heeft de gemeente afgelopen jaren aandelen van de bank in haar bezit. Op deze aandelen wordt jaarlijks dividend ontvangen.
Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeente Woerden heeft geen zetel in het bestuur en de raad van commissarissen van de BNG. De gemeente heeft als aandeelhouder wel stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Overheden en instellingen op het gebied van volkshuisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, cultuur en openbaar nut (publieke sector).
Bestuurder vanuit onze gemeente Geen deelname in het bestuur. Wel zeggenschap door het bezit van aandelen.
Financieel De bank is een structuurvennootschap. De Staat is houder van de helft van de aandelen, de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een waterschap.
De gemeente Woerden bezit 123.201 aandelen (= 0,225% van het totaal aantal aandelen). Jaarlijks ontvangt de gemeente dividend naar rato van het aantal aandelen.
     Bijdrage

Baten (dividenduitkering):
Rekening 2018 € 311.698 (is dividend van2017)
Herzien 2019 € 351.122 (is dividend van 2018) (begroot 175.000 euro)

Begroting 2020 € 350.000.

Kerngegevens
KERNGEGEVENS BNG 31-12-2018 2017 2016
In miljoenen euro’s      
Balanstotaal 137.509 140.025 154.000
Kredieten 85.034 86.008 87.576
Solvabiliteit (Tier 1 – ratio 2) 38% 32% 27%
Eigen vermogen t.g.v. aandeelhouders 4.257 4.220 3.753
Dividend per aandeel (in euro’s) 2,85 2,53 1,64
Payout ratio 50% 37,5% 25%
Nettowinst voor aandeelhouders 318 375 365
Financiële ontwikkeling

De positieve ontwikkeling van de leverage ratio is aanleiding voor de BNG bank om de pay-out ratio te verhogen van 37,5% naar 50%.
Na aftrek van de uitkering voor dividend aan verschaffers van hybride kapitaal is een bedrag van 318 miljoen euro in 2018 beschikbaar voor aandeelhouders.

Daarvan is 50% oftewel 159 miljoen euro uitbetaald als dividend (2,85 euro per aandeel). Het restant is toegevoegd aan de reserves.

Inhoudelijke ontwikkeling De BNG Bank verwacht in 2019 toenemende investeringen door woning corporaties in nieuwe woningen en een toename van duurzaamheidsinvesteringen, zoals die in hernieuwbare energie. Deze ontwikkelingen zullen de kredietvraag van onze klanten positief beïnvloeden. Het resultaat zal naar verwachting uitkomen binnen een bandbreedte van 410-450 miljoen euro. Gegeven de afhankelijkheid van marktomstandigheden is een betrouwbare prognose over het resultaat fin.transacties niet te geven. Dus ook geen uitspraak over de nettowinst 2019.
Risico’s  Leverage ratio:
De naar risico gewogen solvabiliteit van BNG Bank is in 2018 verder toegenomen. De Tier 1-ratio van de bank steeg tot 38% per eind 2018.
De leverage ratio van de bank is toegenomen van 3,5% tot 3,8%.

Vitens

Terug naar navigatie - Vitens
Openbaar belang De kernactiviteiten zijn winning, productie en levering van (drink)water aan particulieren en bedrijven. Vitens is in 2002 ontstaan door fusie van de drinkwaterbedrijven Nuon Water, Waterbedrijf Gelderland en Waterleiding Maatschappij Overijssel.
In 2006 is Vitens verder gefuseerd met Hydron Flevoland en Hydron Midden-Nederland. Vitens is een publiek bedrijf.
De aandelen van de NV zijn (in)direct in handen van provinciale en gemeentelijke overheden.
Doel De gemeente heeft Vitens als verbonden partij opgenomen om zo bij te dragen aan een duurzaam goede, evenwichtige financiële positie van de gemeente.
Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeente Woerden is aandeelhouder en heeft daarmee stemrecht. De gemeente heeft 45.284 aandelen (0,9% van het totaal aantal aandelen) in haar bezit.
Betrokken zijn diverse gemeenten en provincies.
Bestuurder vanuit onze gemeente Geen deelname in het bestuur. Wel zeggenschap door het bezit van aandelen.
Financieel
     Bijdrage

Het dividend wordt gerelateerd aan het nettoresultaat. Het bedrag aan dividend dat wordt uitgekeerd bedraagt minimaal 40% en maximaal 75% van het nettoresultaat. Relevant hierbij is de benodigde toevoeging aan de reserves om de continuïteit van de onderneming te waarborgen (t.b.v. investeringen in vaste activa of het versterken van de solvabiliteit.
De solvabiliteit (eigen vermogen) komt per 31 december 2018 uit op 30,2% en ligt daarmee boven de doelstelling van 30% zoals geformuleerd in het financieel beleid.

Baten (dividenduitkering):
Rekening 2018 € 148.639
Begroting 2019 € 40.756
Begroting 2020 € 39.397

Het dividend over het boekjaar 2017 (uitbetaald in 2018) bedraagt €3,22 per aandeel.

Voor het boekjaar 2018 (uitbetaald in 2019) en 2019 (uitbetaald in 2020) bedraagt het verwachte dividend per aandeel € 0,90. Dit lagere dividend wordt veroorzaakt door de verwachte daling van de WACC (van 4,2 naar 3,4%) en het teveel behaalde resultaat in 2017 dat moet worden teruggegeven aan de klanten door middel van en tariefverlaging.

Eigen vermogen Per 31-12-2018: € 533,0 miljoen
Vreemd vermogen Per 31-12-2018: € 1.233,5 miljoen
Solvabiliteit Per 31-12-2018: 30,0%
Resultaat 2018 : € 13 miljoen
Financiële ontwikkeling -
Inhoudelijke ontwikkeling -
Risico’s -

Stichtingen en verenigingen

Stichting Urgentieverlening West-Utrecht

Terug naar navigatie - Stichting Urgentieverlening West-Utrecht
Doel

Het verlenen van urgentieverklaringen voor een sociale huurwoning aan woningzoekenden uit de regio West Utrecht.

De verklaringen worden afgegeven door de stichting op basis van de Huisvestingsverordening Regio Utrecht 2019, gemeente Woerden. Deze is vastgesteld door de gemeenteraad. Er is geen eigen visie van de stichting voor de realisatie van de doelstellingen uit de programma's van de begroting. De stichting voert de huisvestingsverordening gedeeltelijk uit bij mandaatbesluit van de deelnemende gemeenten.

Bestuurlijk belang / betrokkenen De gemeenten De Ronde Venen, Lopik, Montfoort, Oudewater, Stichtse Vecht en Woerden.
Bestuurder vanuit onze gemeente  

Financieel   

    Bijdrage

Begroting 2017 € 21.593
Begroting 2018 € 22.580
Begroting 2019 € 17.108 (eenmalig lager bedrag door verdeling opgebouwde reserve)
Eigen vermogen -
Vreemd vermogen -
Financiële ontwikkeling -
Inhoudelijke ontwikkeling Vanuit de betrokken gemeenten is er een urgentiecommissie die urgentieaanvragen behandelt. Het Vierde Huis (extern) bereidt de besluiten van de Stichting Urgentieverlening West Utrecht voor. Voor het maken van verweerschriften en extra medisch advies, worden extra bedragen in rekening gebracht.
Risico’s Bij een grote toename van urgentieaanvragen zal het budget niet kostendekkend zijn. Gezien de inrichting van het voortraject waarbij een intake plaatsvindt, is dit risico beperkt.