Paragraaf 1 Lokale heffingen

1. Wat is het doel van deze paragraaf?

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - 1. Wat is het doel van deze paragraaf?

Het totale pakket van gemeentelijke belastingen en heffingen bestaat uit een tiental verschillende belastingen, heffingen en rechten die worden gelegitimeerd door een belastingverordening die door de gemeenteraad is vastgesteld.

Deze paragraaf geeft een overzicht op hoofdlijnen van deze heffingen die bij de diverse programma’s in de programmabegroting zijn geraamd. In het kort geven we aan welk beleid we in het begrotingsjaar gaan voeren ten aanzien van de lokale heffingen. Het lokale beleid is vastgesteld in de belastingverordeningen. Verder is een overzicht opgenomen van de geraamde opbrengsten, wordt aandacht besteed aan de lokale belastingdruk en aan het kwijtscheldingsbeleid.

2. Wettelijk kader en gemeentelijk kader

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - 2. Wettelijk kader en gemeentelijk kader

Ten aanzien van de heffingen onderscheidt de wet drie soorten:

  • Belastingen: gedwongen betalingen aan de overheid waar geen rechtstreekse contraprestatie van de overheid tegenover staat. Ze kunnen aan een brede of specifieke doelgroep in rekening worden gebracht.
  • Bestemmingsheffingen: deze dienen ter bestrijding van specifieke kosten. Voorbeelden zijn de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Deze heffingen mogen niet meer dan kostendekkend zijn.
  • Rechten: een betaling waar een direct aanwijsbare contraprestatie van de overheid tegenover staat. Deze contraprestatie kan bestaan uit een product of dienst. Onderscheid kan worden gemaakt in onder meer gebruiksrechten (bijvoorbeeld haven- of marktgelden) en genotsrechten (waaronder leges). De hoogten van sommige rechten zijn landelijk bepaald. Verder geldt dat deze maximaal kostendekkend mogen zijn.

Naast het landelijk beleid is het volgende gemeentelijk beleid geformuleerd:

  • De bestemmingsheffingen en rechten zijn in principe 100% kostendekkend. Dat is niet altijd het geval omdat er bijvoorbeeld wettelijke voorschriften zijn (wettelijke tarieven). De opbrengsten/heffingen worden in 2026 ten opzichte van 2025 verhoogd met 3,5% (indexering). Uitgezonderd: rioolrechten verhoging met 7% (3,5% waterbeleidsplan en 3,5% index).
  • Kwijtscheldingsbeleid. Voor de OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing kan kwijtschelding worden verleend aan personen (niet aan bedrijven). De gemeente Woerden hanteert voor kwijtschelding de norm die door het Rijk gegeven wordt aan de gemeenten: 100% van de norm voor de bijstand. Bij een norm onder de 100% is er sprake van strenger beleid. Vrijwel alle inwoners die een aanslag gemeentelijke belastingen ontvangen en moeten rondkomen van een bijstandsuitkering of alleen een AOW-uitkering en geen vermogen hebben, komen op basis van deze norm voor kwijtschelding in aanmerking. De regelgeving voor de kwijtschelding is neergelegd in de Leidraad Invorderingswet 1990.

Kruissubsidiëring houdt in dat de legestarieven voor sommige diensten hoger worden gesteld ten einde de legestarieven voor andere diensten lager te kunnen houden. Omdat er geen heffingen zijn waarbij de opbrengsten hoger liggen dan de kosten is er geen sprake van kruissubsidiëring tussen verschillende soorten heffingen.

Op basis van de Notitie Overhead van de commissie BBV mag de methodiek voor het toerekenen van overhead aan lokale heffingen en rechten niet afwijken van de overige methodieken voor het toerekenen van overhead aan overige taakvelden van de begroting. Op basis van een afweging tussen een zo zuiver mogelijke toerekening en praktische uitvoerbaarheid hebben wij ervoor gekozen om de overheadkosten te verdelen op basis van de loonkosten (exclusief inhuur) van de niet-overhead posten. Dit resulteert in een opslagpercentage op de loonkosten van 60% voor overhead.

Geraamde opbrengsten

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - Geraamde opbrengsten
Belastingen en heffingen Baten Baten Baten
(Bedragen x € 1.000) begroting begroting rekening
2026 na wijz.2025 2024
A. Belastingen
1 Eigenaren woningen 12.073 11.634 11.110
Eigenaren niet-woningen 4.475 4.222 4.106
Gebruikers niet-woningen 2.790 2.661 2.575
2 Parkeerbelasting 2.568 2.357 2.220
4 Precariobelasting 151 146 178
5 Toeristenbelasting 229 221 164
Subtotaal A Belastingen 22.286 21.241 20.353
B . Bestemmingsheffingen
1 Afvalstoffenheffing 7.328 7.036 6.815
2 Rioolheffing 8.822 8.114 7.604
Subtotaal B Bestemmingsheffingen 16.150 15.150 14.419
C. Rechten
1 Leges burgerzaken 969 936 1.257
2 Begrafenisrechten 862 958 921
3 Marktgelden 158 154 125
4 Havengelden 72 70 68
5 Omgevingsvergunningen 1.795 1.746 2.189
Subtotaal C Rechten 3.856 3.864 4.560
Totaal € 42.292 € 40.255 € 39.332

Lokale lastendruk

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - Lokale lastendruk

De lokale lastendruk geeft voor de belangrijkste tarieven weer wat een inwoner van de gemeente betaalt en hoe deze tarieven zich het afgelopen jaar hebben ontwikkeld. De bedragen zijn gebaseerd op een fictief huishouden in een koopwoning met een waarde voor het belastingjaar 2025 van € 513.000 en voor 2026 van € 569.000 (11% waardestijging). Dit is inclusief de teruggave afvalstoffenheffing en gerekend met de indexeringspercentages.

T.o.v. de Begroting 2025 is de methode van het berekenen van de belastingdruk aangepast, conform de methodiek die het COELO (Centrum voor Onderzoek van de Economie van de de Lagere Overheden). Hierbij wordt de lastendruk bepaald o.b.v. de gemiddelde WOZ-waarde van koopwoningen i.p.v. de WOZ-waarde van alle woningen. Daarnaast wordt bij de berekening van de afvalstoffenheffing rekening gehouden met de gemiddelde teruggave. Dit werd in de oude systematiek niet gedaan. De cijfers in onderstaande tabel voor 2025 zijn ook aangepast naar de nieuwe systematiek.

De gemiddelde WOZ-waarde van alle woningen (dus volgens de oude systematiek) bedraagt  voor het belastingjaar 2025 €435.000 en voor 2026 € 482.000 .

 

2026 2026 2025 2025
1-persoons meerpersoons 1-persoons meerpersoons
1 OZB 617 617 596 596
2 Rioolheffing 336 336 315 315
3 Afvalstoffenheffing 271 334 262 323
Totaal € 1.224 € 1.287 € 1.173 € 1.234

A. Belastingen

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - A. Belastingen

 Ad 1 OZB                
In onderstaande tabel zijn de OZB-tarieven 2025 en 2026 opgenomen. De tarieven 2026 worden geheven als percentage van de getaxeerde woningwaarde naar peildatum 1 januari 2025.                
De prognoses duiden op een gemiddelde stijging voor woningen met 11% en niet-woningen met 3,5%. De tarieven worden hiermee gecorrigeerd. De werkelijke OZB-opbrengst kan uiteindelijk afwijken van de begrote opbrengst door:                
                
- Waardeontwikkeling van de onroerende zaken.            
- Te verwachten minder- en meeropbrengsten van respectievelijk sloop en nieuwbouw.               
- Waardevermindering als gevolg van bezwaar- en beroepsprocedures.               
- Toename van het aantal ‘No Cure No Pay’-bezwaren en de kostenvergoeding hiervan.            
- Leegstand van de bedrijven.                
                
In december worden de OZB-tarieven definitief vastgesteld door de raad, deze kunnen daarom afwijken van de tarieven zoals hieronder opgenomen.                   

Tarief OZB Begroting Begroting Rekening
2026 2025 2024
1 Woningen
a Eigenaren 0,1085% 0,1162% 0,1176%
2 Niet-woningen
a Eigenaren 0,3854% 0,3823% 0,3693%
b Gebruikers 0,2866% 0,2786% 0,2691%

Opbrengst OZB:

De opbrengsten voor de OZB worden in 2026 met 3,5% index verhoogd.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 na wijz.25 2024
0.61 Eigenaren woningen 12.073 11.634 11.110
0.62 Eigenaren niet-woningen 4.475 4.222 4.106
0.62 Gebruikers niet-woningen 2.790 2.661 2.575
Totaal € 19.338 € 18.242 € 17.791

Ad 2 Parkeerbelasting

Volgend jaar verhogen we de parkeertarieven. Dit is nodig vanwege de gestegen kosten en ter compensatie van de uitbreiding van het aantal uren dat het kort parkeren in onze parkeergarages gratis is geworden. 

In de Kadernota 2025 is afgesproken om de parkeeropbrengsten te verhogen, zodat dit tekort vanaf 2025 weer gecompenseerd wordt (€ 150.000 in 2025, oplopend naar € 275.000 in 2026 en verder).  De nieuwe tarieven voor het kortparkeren gelden per 2 januari 2026. 

De nieuwe tarieven voor parkeervergunningen en parkeerabonnementen gelden per 2 april 2026 omdat het vergunningen- en abonnementen jaar niet gelijk lopen met het kalenderjaar.  Alle gewijzigde parkeertarieven worden opgenomen in de tarieventabel behorende bij de verordening parkeerbelasting 2026.

Straatparkeren
De tarieven voor het parkeren op straat worden volgend jaar met 3,5% geïndexeerd. Daarmee gelden er de volgende afgeronde tarieven voor het kortparkeren: voor de zones 4400, 4401 en 4404 een tarief van € 3,20 per uur. Voor de zone 4403 een tarief van € 6,20 per uur met een maximum van € 24,80 per dag. Voor bezoekers van bewoners en bedrijven wordt het tarief € 0,32 per uur. Per zone verschilt de maximale parkeerduur en kunnen er overige beperkingen van toepassing zijn. Dit wordt aangegeven op de website van ParkeerService, in de parkeerautomaat en in de apps voor belparkeren. Een naheffingsaanslag kost volgend jaar € 82,00 plus de kosten voor 1 uur parkeren in de desbetreffende parkeerzone. Dit bedrag is gelijk aan het maximale bedrag dat het Rijk voor 2026 heeft vastgesteld. Deze berekening wordt vastgelegd in een kostenbesluit, dat als bijlage aan de parkeerbelastingverordening 2026 wordt toegevoegd.

Garageparkeren
Ook de tarieven voor het parkeren in de openbare parkeergarages Castellum en Defensie-Eiland worden volgend jaar verhoogd. Er gelden de volgende afgeronde tarieven voor het kortparkeren: het reguliere uurtarief stijgt met 10 cent per uur naar € 2,50 per uur. Het voordeliger uurtarief stijgt met 5 cent per uur naar € 1,25 per uur. Alle uurtarieven worden afgerekend per minuut. In de parkeergarages geldt van maandag tot en met zaterdag tussen 8:00 en 18:30 uur het reguliere uurtarief. Van maandag tot en met donderdag geldt tussen 22:00 en 00:00 uur het voordeliger uurtarief. Buiten deze uren is het parkeren in onze parkeergarages gratis. De tarieven voor het kortparkeren in de parkeergarages blijven ruimschoots lager dan op straat. Ook mogen parkeerders er langer staan. Hiermee moedigen we het parkeren in de parkeergarages aan. 

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
2.2 Parkeren 1.861 1.933 1.977
0.4 Overhead 100 89 63
Extracomptabel:
Onderhoud parkeerplaatsen op straat 44 44 44
Kapitaallasten vervroegd afgeschreven deel Castellum 318 318 318
Totale lasten 2.323 2.384 2.402
0.63 Baten 2.568 2.357 2.220
Saldo € 245 -€ 27 -€ 182
Kostendekkendheidsgraad 111% 99% 92%
In 2026 vindt investering van 1,4 mln in brandveiligheid openbare parkeergarage
Castellum en Defensie-eiland plaats. De kapitaallasten worden in 2027 geraamd (78k)
Naar verwachting leidt dit dus tot hogere parkeertarieven vanaf 2027

Ad 3 Precariobelasting
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven de voor openbare dienst bestemde gemeentegrond.
Ook terrassen vallen hieronder.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
0.64 Baten € 151 € 146 € 178

Ad 4 Toeristenbelasting
Onder de naam toeristenbelasting wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook, door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente zijn ingeschreven in de basisregistratie personen.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
3.4 Baten € 229 € 221 € 178

De opbrengst toeristenbelasting is met 3,5% verhoogd.

B. Bestemmingsheffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - B. Bestemmingsheffingen

Ad 1 Afvalstoffenheffing
Voor de bestrijding van de kosten die samenhangen met het inzamelen en verwerken van afval is de gemeente bevoegd om de gemaakte kosten te verhalen. Voor het huishoudelijk afval (afval dat ontstaat vanuit particuliere huishoudens) wordt afvalstoffenheffing geheven.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van baten en lasten afvalstoffenheffing en reinigingsrechten.
Het uitgangspunt bij het vaststellen van de tarieven is dat het tarief voor eenpersoonshuishoudens circa 80% bedraagt van het tarief voor meerpersoonshuishoudens. Dit percentage kan enigszins afwijken. De reinigingsrechten zijn van toepassing op bedrijven die in de binnenstad zijn gevestigd en hun afval aanbieden aan de gemeente via vuilcontainers. Deze tarieven zijn exclusief btw.

Wanneer de baten hoger zijn dan de lasten, wordt het meerdere gestort in de Voorziening afvalstoffenheffing.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
7.3 Afval 5.822 5.570 5.672
2.1 Verkeer en vervoer 287 292 248
0.4 Overhead 1.008 643 518
Kwijtscheldingen 214 214 233
btw-lasten te verhalen op btw-comp.fonds expl.+invest. 879 928 1.091
Storting +/Onttrekking - in voorziening afvalstoffenheffing 34 315 162
Totale lasten 8.244 7.962 7.924
7.3 Afvalstoffenheffing inclusief teruggave 7.328 7.036 6.815
7.3 Overige baten 916 927 1.109
Baten 8.244 7.963 7.924
Saldo € 0 € 1 € 0
Kostendekkendheidsgraad 100% 100% 100%

Dit resulteert in de volgende mutaties van de voorziening Afvalstoffenheffing:
(stand per 1-1-2025 €  773k)

Jaar Storting / Onttrekking Bedrag (x € 1.000)
2026 storting € 34
2027 onttrekking €  90
2028 onttrekking €  385
2029 onttrekking €  301

De hoogte van de lasten en baten is gebaseerd op de inzichten die medio 2025 beschikbaar waren. We volgen de actuele ontwikkelingen nauwgezet en sturen bij waar nodig. De markt kent momenteel veel onzekerheden aan de lastenkant, zoals inhuurkosten en de tarieven van afvalverwerkers.

De genoemde bedragen zijn indicatief, aangezien diverse componenten nog niet exact bekend zijn. Denk hierbij aan de teruggave van de afvalstoffenheffing (afhankelijk van het aantal keren dat huisvuil is aangeboden) en de bijdrage vanuit het Afvalfonds. Ook schommelingen in verwerkingstarieven hebben invloed op de uiteindelijke cijfers.

Aan de batenzijde zien we een stijging, mede door de groei van het aantal huishoudens en een tariefverhoging. De baten nemen toe conform een indexering van 3,5%. We streven ernaar een redelijke voorziening aan te houden om eventuele tegenvallers op te vangen en de tarieven zo stabiel mogelijk te houden.

Het positieve saldo tussen baten en lasten binnen het product Afval en Reiniging wordt toegevoegd aan de voorziening, die tot een maximum wordt aangehouden. Bij structurele onttrekkingen uit deze voorziening richten we ons primair op kostenreductie door optimalisatie van de bedrijfsvoering. Zo voorkomen we een buitensporige stijging van de tarieven. Denk hierbij aan maatregelen zoals routeoptimalisatie, het verminderen van afhankelijkheid van externe inhuur en het benutten van schaalvoordelen. Een concreet voorbeeld hiervan is de uitbreiding van de inzameling naar de gemeente Oudewater per 1 januari 2027.

Teruggaaf van de afvalstoffenheffing
Indien de belastingplichtige de mini-container voor restafval minder dan 14 keer aan de inzameldienst heeft aangeboden of de verzamelcontainer minder dan 66 keer heeft geopend, bestaat aanspraak op gedeeltelijke teruggaaf van de afvalstoffenheffing. De bedragen met betrekking tot de teruggaaf afvalstoffenheffing staan vermeld in de Verordening Afvalstoffenheffing.

Ad 2: Rioolheffing

Uit de rioolheffing bekostigt de gemeente de uitvoering van de drie gemeentelijke watertaken:
1.    Het inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater;
2.    Het inzamelen, transporteren en verwerken van hemelwater;
3.    Het zorgdragen van grondwater om structureel nadelige gevolgen zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken. 

In 2026 verhogen we de water- en rioolheffing. Dit is nodig omdat we de riolering op veel plekken binnen de gemeente gaan vervangen. Daarnaast nemen we maatregelen om wateroverlast te verminderen, waterkwaliteit te verbeteren, grip te krijgen op bodemdaling, onze stad te verkoelen en droogte tegen te gaan. We nemen deze maatregelen om te voldoen aan onze doelstelling: "In 2050 is Woerden een klimaatbestendige gemeente". Meer informatie over de doelstellingen en uit te voeren maatregelen is te vinden in het beleidsplan Gemeentelijk Water & Klimaatbestendig (2023-2027). 

De water- en rioolheffing stijgt in 2026 met 7% inclusief inflatiecorrectie (3,5% index en 3,5% conform het vastgestelde beleidsplan).

In onderstaande tabel is  een overzicht van de kosten en baten van de rioolbegroting opgenomen.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
7.2 Riolering 5.336 5.193 4.806
2.1 Verkeer en vervoer 287 292 248
2.4 Economische havens en waterwegen 647 647 200
0.4 Overhead 416 434 364
Kwijtscheldingen 227 200 227
btw-lasten te verhalen op btw-compensatiefonds 1.029 999 968
Storting+/Onttrekking - in voorziening rioolheffing 911 381 1.010
Totale lasten 8.853 8.146 7.823
7.2 Doorberekende kosten huisaansluitingen 32 32 189
7.2 Doorberekende schade en kosten 0 0 30
7.2 Rioolretributies 8.822 8.114 7.604
7.2 Baten 8.854 8.146 7.823
Saldo (=mutatie reserve;- min = onttrekking) € 1 € 0 € 0
Kostendekkendheidsgraad 100% 100% 100%

De lasten nemen toe door de hogere extracomptabele doorbelastingen conform de BBV en de financiële verordening. Dit betreft met name de hogere doorbelasting van de btw op baggeren en de kwijtscheldingen.  De baten stijgen conform het in 2022  vastgestelde GWK (Gemeentelijk Water en Klimaatbestendig) met 3,5% naast de index van  3,5%. 

Dit resulteert in de volgende mutaties van de Voorziening riolering:
(stand per 1-1-2025 € 3.245.000)

Jaar Storting / Onttrekking Bedrag (x € 1.000)
2025 storting € 380
2026 Storting € 911
2027 Storting € 972
2028 Storting € 367

Gemeente Woerden heeft gekozen voor een grotere stijging van de rioolheffing tot 2028, zodat de stijging van de rioolheffing daarna geleidelijk af kan bouwen. Uiteindelijk is de doelstelling dat de rioolheffing nagenoeg gelijk kan blijven. Het gevolg hiervan is dat de Voorziening riolering fors toeneemt om latere investeringen te dekken.

C. Rechten

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - C. Rechten

In de onderstaande tabellen is voor de verschillende rechten opgenomen wat de begrote baten en lasten zijn en wat de kostendekkendheid is. Nagestreefd wordt een kostendekkendheidsgraad van 100%. Zichtbaar is dat dit voor een aantal tarieven nog niet is gerealiseerd.

Ad 1 Leges burgerzaken
Onder de naam ‘leges’ wordt een aantal verschillende rechten geheven ‘ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten’. Sommige leges zijn niet voor 100% kostendekkend omdat er voorgeschreven wettelijke tarieven zijn (voorbeelden: uittreksels burgerlijke stand, reisdocumenten en rijbewijzen).

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
0.2 Burgerzaken 1.335 1.346 1.559
0.4 Overhead 271 423 306
Totale lasten 1.606 1.769 1.865
0.2 Baten 969 936 1.257
Saldo -€ 637 -€ 833 -€ 608
Kostendekkendheidsgraad 60% 53% 67%

De baten op de leges nemen af door de wijziging van de Paspoortwet. Doordat onder andere identiteitskaarten tien jaar geldig zijn in plaats van vijf jaar, nemen de leges af vanaf 2020.

Ad 2 Begrafenisrechten
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
7.5 Begraafplaatsen en crematoria 964 1.022 883
0.4 Overhead 265 231 172
Totale lasten 1.229 1.253 1.055
7.5 Baten 862 958 921
Saldo -€ 367 -€ 322 -€ 134
Kostendekkendheidsgraad 70% 75% 87%
Voor 2028 staat de aula Rijnhof voor 2,5 mln euro op de investeringsplanning.

Ad 3 Marktgelden
Onder de naam marktgelden wordt een recht geheven voor het innemen van een standplaats (warenmarkt, streekmarkt en Koeiemart).

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 208 161 129
3.4 Economische promotie 195 171 234
0.4 Overhead 107 57 59
Totale lasten 510 389 422
Baten
3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 95 92 65
3.4 Economische promotie 63 62 60
Totale baten 158 154 125
Saldo -€ 352 -€ 267 -€ 297
Kostendekkendheidsgraad 31% 40% 30%

Ad 4 Havengelden
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het innemen van een ligplaats met een vaartuig in (een deel van) het openbaar vaarwater van de gemeente Woerden.

Door de renovatie van de oevers in de Singel en het plaatsen van clusters waar vaartuigen met een vergunning kunnen aanmeren, is de exploitatie aanzienlijk verbeterd. Met name door het clusteren van ligplaatsen hebben meer bootbezitters een vergunning gekregen. Inmiddels is de bezettingsgraad 100% en is er een wachtlijst voor het krijgen van een ligplaats.

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
2.4 Economische havens en waterwegen 29 39 37
0.4 Overhead 9 14 12
Toegerekende kapitaallasten investeringen opknappen haven (2014) 45 45 45
Totale lasten 83 98 94
2.4 Baten 72 70 68
Saldo -€ 11 € 17 € 19
Kostendekkendheidsgraad 87% 132% 139%
NB: Diverse lasten zijn niet specifiek inzichtelijk zoals baggerkosten, beschoeiingen ed.

De kostendekkendheid lijkt is in werkelijkheid nog iets lager dan zichtbaar in bovenstaande tabel.. Dat wordt veroorzaakt doordat een deel van de lasten van de haven op andere exploitatieposten wordt geboekt en hierdoor niet zichtbaar zijn in dit overzicht (zoals kosten BOA's, kosten onderhoud beschoeiingen en baggeren). 

Ad 5 Omgevingsvergunningen
Met een omgevingsvergunning kan de overheid toestemming verlenen om één of meer activiteiten in de fysieke leefomgeving uit te voeren. 

Taak- Omschrijving Begroting Begroting Rekening
veld (Bedragen x € 1.000) 2026 2025 2024
Lasten
1.2 Openbare orde en veiligheid 7 7 0
8.3 Wonen en bouwen (loonkosten) 1.954 1.697 1.992
8.3 Wonen en bouwen (overige kosten) 385 374 429
0.4 Overhead 1.193 1.018
Totale lasten 3.539 3.096 2.421
Baten
1.2 Openbare orde en veiligheid 35 34 22
8.3 Wonen en bouwen 1.760 1.712 2.189
Totale baten 1.795 1.746 2.211
Saldo € -1.744 -€ 1.350 -€ 210
Kostendekkendheidsgraad 51% 56% 91%

Waar er een daling in de kostendekkendheid lijkt te zijn, komt dit voornamelijk doordat de uren van de directe afdelingen realistischer zijn verdeeld over verschillende taken. Bij de de uren van de indirecte afdelingen, is dit nog niet altijd het geval maar zal dit in het komende (begrotings)jaar ook worden gedaan. 

D. Vergelijking met andere gemeenten

Terug naar navigatie - Paragraaf 1 Lokale heffingen - D. Vergelijking met andere gemeenten
Belastingsoort 2025 Woerden Oudewater Bodegraven- Montfoort De Ronde
Reeuwijk Venen
OZB woningen 0,1162% 0,1163% 0,1242% 0,1099% 0,0726%
OZB niet-woningen 0,6609% 0,6098% 0,6792% 0,6984% 0,4898%
Afvalstoffenheffing
Eenpersoonshuish. € 262 € 269 € 277 € 244 € 288
Meerpersoonshuish. € 323 € 298 € 340 € 398 € 388
Rioolheffing € 315 € 409 € 368 € 322 € 244