De afwijkingen worden specifiek per programma toegelicht.
Voor u ligt de voorjaarsrapportage 2022, als belangrijk onderdeel van de planning-en-control-cyclus.
Woerden kent volgende planning-en-control-instrumenten:
- Kadernota (kaderstellend voor volgende begroting).
- Begroting (autorisatie budgetten en afspraken over resultaten).
- Voorjaarsrapportage (financiële stand van zaken begrotingsjaar en tussentijdse beleidsverantwoording).
- Najaarsrapportage ( financiële stand van zaken begrotingsjaar en tussentijdse beleidsverantwoording).
- Jaarrekening (verantwoording financiële en beleidsmatige verantwoording).
De voorjaarsrapportage 2022 is dus het eerste moment waarop de lopende begroting bijgesteld wordt. Daarnaast geeft het de raad de mogelijkheid om kennis te nemen van de voortgang van de realisatie van de beleidsdoelstellingen en deze zo nodig bij te stellen.
Met betrekking tot het saldo van de voorjaarsrapportage 2022 merken wij op dat dit niet dé prognose is van de meerjarenbegroting 2023-2026. Na de voorjaarsrapportage 2022 doen zich nog vele mutaties voor ten aanzien van de begrotingsbestanden (algemene uitkering, verbonden partijen, rente/afschrijvingen etc.).
Belangrijke ontwikkelingen in deze voorjaarsrapportage zijn uiteraard de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. De opvang van vluchtelingen heeft vooral impact op de organisatie. De gevolgen van de prijsstijgingen, die overigens ook al vóór het uitbreken van de oorlog waren begonnen, hebben duidelijk ook financiële impact. En uiteraard kampen wij nog met de gevolgen van de coronacrisis. Al met al veel externe ontwikkelingen die grote gevolgen hebben voor de bedrijfsvoering en dus ook veel (financiële) onzekerheden met zich meebrengen.
Begin 2022 is het kabinet Rutte IV aangetreden. De maatregelen die hierbij aangekondigd zijn, hebben een positief effect op de Algemene Uitkering. De exacte uitwerking hiervan volgt in de meicirculaire, deze is nog niet in deze voorjaarsrapportage verwerkt. Vooruitlopend hierop heeft de regering wel een maart-brief uitgebracht, waarin het effect op de Algemene Uitkering in hoofdlijnen is weergegeven. Deze maart-brief is wel verwerkt. De effecten hiervan lopen op tot € 6,0 miljoen in 2025, met name door het bevriezen van de opschalingskorting. Vanaf 2026 wordt de Algemene Uitkering echter weer fors lager (€ 5,0 miljoen lager dan 2025). Naar verwachting gaat het kabinet nog wel maatregelen nemen om dit 'ravijn' te dempen.
Een andere belangrijke ontwikkeling is de aanstaande herijking van het Gemeentefonds. Dit heeft nog geen effect op 2022, maar gaat vanaf 2023 wel een fors negatief effect hebben op onze begroting (€ 0,4 miljoen in 2023 en € 1,2 miljoen in 2024). Uiteindelijk is het effect vanaf 2025 € 2,0 miljoen negatief. Dit is in deze voorjaarsrapportage meegenomen.